Nieuw leesvoer - Reisverslag uit Oudtshoorn, Zuid-Afrika van Marco Neeft - WaarBenJij.nu Nieuw leesvoer - Reisverslag uit Oudtshoorn, Zuid-Afrika van Marco Neeft - WaarBenJij.nu

Nieuw leesvoer

Door: Webmaster

Blijf op de hoogte en volg Marco

14 April 2007 | Zuid-Afrika, Oudtshoorn

Dinsdag 3 april
Na wat inkopen doen en nog wat regelwerk gingen we eindelijk op pad richting St. Lucia Wetlands. Dit is een World Heritage Site i.v.m. de flora en fauna. Het bestaat uit meerdere parken en wij gingen naar Sodwana Bay. Het was een lange rit 500 km. Het laatste stuk wilden we even inkorten, door over een dirt-road te gaan, i.p.v. een hele omweg via een asfaltweg. Na ongeveer 10 km stuitten we op eens op de poort van een privé wildpark. We zeiden dat we op weg waren naar Sodwana Bay. We mochten passeren zonder te betalen. De weg was een heel gehobbel en geschud. Hier en daar zagen we hertachtigen. Weer even leuk om te zien. Na een half uur gehobbel, zag Marco een auto aan komen stuiven met knipperende lichten. Hij dacht eerst dat die automobilist misschien kwaad wilde. Dus Marco bleef doorrijden, de auto bleef maar doorknipperen, dus toch maar geremd. Die man: “You are loosing things”. We snapten het niet erg, wat moet hij nou van ons? Totdat hij een brood om hoog stak die ons erg bekend voor kwam. Bleek dat door het gehobbel en geschud het deurtje van achteren was open gerammeld (ondanks dat het op slot zat) en dat een groot deel van de boodschappen er uit gerold waren. Er lag volgens hem heel wat, maar hij durfde het allemaal niet op te pakken, omdat het een wildpark was. Wij omkeren en terug gereden om te kijken wat we allemaal verloren waren. Al snel kwamen we een pak muesli-repen tegen. Snel auto uit, goed om je heen kijken en weer terug in de auto. Voor je het weet hapt er een leeuw in je bil. Een heel stuk verder kwamen we de tas met de meeste boodschappen tegen. De pot macaronisaus aan gruzelementen, de crackertjes in duizend stukjes, de chipszakken opengescheurd, de koekjes geknakt. De ananasblikken gedeukt, maar nog heel. Etc. We moesten toch wel 2 minuutjes even alles bij elkaar rapen. Ook het glas maar opgeruimd. Zometeen verwonden de dieren er zich aan. Tijdens het oprapen sta je natuurlijk niet lekker met al dat wildgespuis om je heen. Door dit gedoe was het inmiddels al bijna donker en nog zo’n dertig kilometer naar Sodwana Bay te gaan.
We moesten uiteindelijk in het donker op zoek naar een overnachtingsplek. We belanden eerst op een camping met hele ranzige tentjes. Toen we zeiden dat we daar onze ouders niet in konden stoppen, kregen we twee caravans te zien. Dit zag er ook niet echt jofel uit. Al met al duurde het een tijdje en de ouders zaten ongeduldig in de auto te wachten (deze werd bewaard door een man met een kapmes)
Nog een back-packers hostel bekeken. Was ook niets. Uiteindelijk kwamen we bij Visagie uit. Houten blokhutjes waar we met z’n vieren per hut in moesten slapen, houtsnippers op de grond. Keuken onder een rieten dakje. Pitjes waar de helft het niet van deed. Maar we konden ons redden en we konden slapen, echter in verhouding tot de kwaliteit erg duur.

Woensdag 4 april
Vandaag zijn we eerst naar het strand geweest van Sodwana Bay. Dit strand staat bekend om zijn koraalrif dat voor de kust ligt. Hierdoor kun je er heel mooi snorkelen en duiken. Bij het strand bleek dat je je auto op de parkeerplaats kon zetten of op het strand zelf. Dat we op de parkeerplaats stonden kwamen er gelijk al een groep jongens aanrennen die op de auto wilden passen. We vonden het echter beter om de auto op het strand te zetten, want dan konden we hem zelf in de gaten houden. Daarnaast was het een mooie gelegenheid om voor het eerst met de 4WD te oefenen. Eerst zonder 4WD het strand op (we blijven natuurlijk dwarse hollanders). Na 20 meter stonden we al helemaal vast. Nog even lekker graven met de banden en we stonden nog vaster. Iedereen de auto uit om te gaan duwen. Nou, daar kregen we geen kans voor want vijf negerjongens waren al aan het duwen. De auto was al snel weer los. Toen de auto maar in zijn 4WD gezet, de wielen gelocked en rijden maar. Marco heeft er toen nog een flink stuk mee gereden, zodat hij oefenen kon. Toen hij stopte, stonden er geen 5 negerjongens om hem heen om geld te vragen voor het helpen met duwen, maar 15. Ze wilden 100 rand per persoon hebben (11 euro). Belachelijk! We hebben ze uiteindelijk 20 rand gegeven. Dat moesten ze met z’n vijfen delen.

Op het strand was het bewolkt weer, maar dat was wel lekker, anders kook je er weg. Marco en ik hadden snorkelspullen gehuurd. Er waren hele mooie vissen te zien. Corrie kwam bij ons kijken en foto’s maken. Ze liep over de rotsen heen, maar die waren een beetje glibberig. Dus Corrie gleed uit. Helemaal koppie onder en haar arm geschaafd. Fototoestel ook koppie onder. Nog geprobeerd te drogen. Maar helemaal kaduuk.
Aangezien Corrie nu toch al nat was ging ze gelijk maar zwemmen. Ze ging ook snorkelen. In het begin vond ze het wel even eng en moeilijk om haar ademhaling onder controle te houden. Maar al snel had ze het door en kon ze hele enden snorkelen. Ze vond het prachtig al die vissen.
Op het gegeven moment werd het hoogtij en moesten we stoppen met snorkelen. De stroming werd te sterk. Je kon jezelf niet meer zwemmende houden. Je werd steeds tegen de rotsen opgesmakt.

S’middags zijn we naar het dorpje St. Lucia gereden. Erg leuk daar met een klein marktje. We bleven overnachten in de Seemeeu. Dit waren selfcatering huisjes voor 6 personen. We hebben er zalig gezeten. Alleen het water uit de kraan was bruin. Maar dat schijnt op wel meer plekken in Zuid-Afrika zo te zijn (en dat is inderdaad zo). Als je het goed kookt kan je het gewoon drinken. Er zit een beetje grond en zand bij, want het is vaak bronwater.

Donderdag 5 april
S’ochtends naar False Bay. Dit is een strand 75 km verderop waar grote versteende fossielen schenen te liggen. We gingen er een wandeling maken van 6 km. Er waren inderdaad een aantal fossielen te zien. Maar het was allemaal niet zo bijzonder als ik gedacht had. De wandeling was wel leuk, maar geen dier te zien. We liepen op een zandpadje door de bossen en struiken. Op een gegeven moment kwamen we twee arbeiders tegen, die het zandpadje aan het aanharken waren. Hoe zo werkverschaffing? Verderop lagen er twee onder de bomen te snurken. Harkjes er naast.
Hierna gingen we naar Fani’s Bay. Dit strand/natuurpark was echter gesloten wegens de droogte. Toen nog geprobeerd bij Charters Creek. Daar mochten echter geen dagjesmensen komen. Nou al met al viel dat hele St. Lucia Wetlands ons erg af. We gingen maar weer terug naar ons dorpje St. Lucia. Onderweg maar even bij een garage aangegaan, want het gas bleef aldoor hangen. De garageman had al snel door wat er aan de hand was. Er was een veertje afgebroken, die er voor zorgt dat het gaskabeltje weer terug gaat. Nieuw veertje erop met een T-rippie vastgemaakt. Het kostte maar 50 rand. In St Lucia hebben we op het meer nog een boottocht gemaakt om 16:00 uur. We hebben vele nijlpaarden gezien. Ze waren echter niet zo actief. Een keer ging er een bek open, maar toen waren we net weggevaren. Nog wel een mooie fish-eagle kunnen fotograferen van redelijk dichtbij. Die bleef mooi in een boomtop zitten. Verder nog veel andere watervogels gezien. Ook een hele grote witte reiger.
Dat we van de boot terug liepen naar ons huisje gingen Corrie en ik in een winkeltje kijken en lekker shoppen.

Vrijdag 6 april
‘S ochtends nog wat souveniertjes geshopt. Boodschappen ingeslagen en op weg naar de Noordelijke Drakensbergen. Dit is een mooi berggebied op de grens met Lesotho. We hadden het advies gekregen om niet langs de hoofdsnelweg te gaan, maar binnen door zodat we ook wat van de binnenlanden en zijn bevolking zouden zien. We zouden via Greytown, Komo en Kranskop gaan rijden. Marco vroeg aan mij of we nog tanken moesten in Greytown. De tank was half weg. Ik schatte zo in dat we dat wel zouden redden tot het volgende tankpunt. De tocht bleek echter een lange bergrit te zijn met veel bochten en omhoog en omlaag. Dat vraagt toch wel wat extra benzine. Op een gegeven moment begon de tank toch wel erg leeg te raken en geen benzinestation in velden of wegen te bekennen. Dat we in Komo aan kwamen zagen we één benzinepompje. “Hoezee”, dachten we. Het is een zwart bergdorp. Ik uit de auto. Nou toen was ik gelijk al een hele bezienswaardigheid. Mannen fluiten en miss, miss, madame, madame zeggen. De benzinepomp stond voor een soort schuur. Dat ik er binnen ging bleek het een slijterij te zijn. Alles achter tralies. Ik vragen of ze benzine hadden. Hadden ze niet. De pomp was leeg. Toen maar weer doorrijden. De ouders in grote spanning, want tja je zal zometeen maar moeten lopen tussen al die mensen. Sommige mensen zagen er namelijk nogal kwaad uit. Die maakten een beweging met hun hand langs hun keel naar ons. Ik kreeg de hele tijd naar mijn kop geslingerd dat ik zometeen mocht gaan lopen met de jerrycan. Op een gegeven moment zagen we een bordje: Kranskop 34 km. Toen had ik zoiets van; “Oh, dat halen we nog wel”. En dat hadden we inderdaad gered. Waarschijnlijk reden we wel op onze laatste paar liters. Er ging heel wat in, 78 liter en we denken dat de tank 80 liter is.
Uiteindelijk kwamen we aan in het plaatsje Mooi Rivier. Daar belandde we bij een Bed & Breakfast. Het zag er allemaal erg sjiek uit. Er stond een hele grote poort met twee grote beelden van adelaars en een lange oprijlaan. Die kwam uit bij een soort afdakje waar de auto’s onder kunnen staan. Marco de auto er onder parkeren en toen was het opeens “Klabam!!!”. Marco was vergeten dat we nog jerrycans op het dak hadden staan. Twee deuken in de jerrycans. En de houder van de jerrycans van de planken van de roofrack getrokken. Planken stuk. Ook de golfplatenzijkant van het afdakje gedeukt. Shittepit.... Nu moeten we hier wel slapen en hoe gaan we dit vertellen?
De deur werd open gedaan door een hele sjieke mevrouw. Een echte kakmadame. Je zag er zuchten dat ze ons zag staan met afritsbroeken en Teva’s aan. Je kon haar horen denken: “Moeten die back-packers hier slapen?” Toen wij vroegen of ze nog accommodatie had en dat wij eventueel ook in de auto konden slapen. Zag je haar helemaal denken: “Wat zijn dit voor armoedzaaiers”. Ze gaf ons toen gelijk maar een korting. We moesten voor vier personen betalen i.p.v. zes, maar dan wel maar twee kamers. Dus op een kamer moesten we met z’n vieren slapen. Nou, dat vonden wij prima. De kamers waren prachtig. Mooie badkamers met gouden kranen!!
Ik moest betalen bij de zoon van de mevrouw. Die was een stuk vriendelijker. Van de aanrijding tegen het afdakje maakte hij niets van. Er zaten al meer deuken in. Gelukkig, dat scheelde weer.
Die avond zijn we uit eten geweest, omdat we zelf niet konden koken. Dat was zalig geweest. We hadden o.a. slakken besteld. Die waren verrukkelijk. Tony en Cor durfden ze echter niet te proberen. De rest van het eten was ook erg lekker. We werden bediend door een heel leuk meisje. Die had heel veel humor.

Zaterdag 7 april
Op tijd uit de veren, om half zeven. We hadden geen beschikking over een keuken, dus maar om half negen langs de weg bij een pompstation ontbeten. De afwas van het ontbijt in het toiletgebouw gedaan. We gingen naar het Royal Natal National park. Hier kan je een prachtige wandeling maken in een gorge. Als je er bent kom je uit in een natuurlijke amfitheater met een waterval en dat schijnt schitterend te zijn. Om 11 uur stonden we bij de poort. We bedachten ons dat we beter maar een overnachting konden gaan regelen voordat we het park in gingen, want het was Pasen en dan zijn ook veel Zuid-Afrikanen voor een weekend weg. Nou, dat was dus inderdaad verstandig. Geen overnachtigingsplek te vinden. Alle gelegenheden afgebeld die in de Lonely Planet stonden. Uiteindelijk in een plaatsje 60 kilometer verderop een back-packers gevonden, waar de ouders met zijn vieren in een kamer konden en wij in de auto konden slapen. Inmiddels was het half 1 voordat we in het park stonden. De wandeling die we wilden doen duurde 5 uur en om 6 uur moet je het park weer uit zijn. Dus dat werd opschieten. Nog een wandelkaart halen, iedereen snel een broodje en uiteindelijk gingen we om 1 uur van start. Om 2 uur kwamen we er achter dat we verkeerd hadden gelopen. 1 afslag gemist. Dus toen snel terug. Ondertussen was het gaan regenen. Dat we bij de gemiste afslag waren wilden Cor, Pe en Tony niet meer verder. Die wilden niet in de regen lopen. Corrie, Marco en ik zijn toen verder gegaan, want we wilden toch dat prachtige amfitheater zien. We hadden er flink de pas erin. Op een gegeven moment vond Marco het niet snel genoeg gaan. Toen is hij met de cameratas vooruit gegaan. Hij ging hele stukken rennen. Ik wilde er ook achteraan. Dus ik ook af en toe rennen, maar ik kon Marco niet bijhouden. Corrie ging gewoon snel lopen. Dus we liepen uiteindelijk alle drie apart. Het was een prachtige route met schitterende vergezichten. Na een half uurtje was de regen weer gestopt en klaarde de lucht weer op en liepen we zelfs weer in het zonnetje. Op een gegeven moment passeerden we een oude vrouw van 83 jaar. Haar zoon wilde haar de gorge laten zien. Ze hadden gedacht dat het een wandeling van 1,5 uur was. Nog weer later kwamen we 4 japanners tegen met 3 kleine kinderen. Om kwart over drie kwam ik Marco weer tegen. Hij ging terug. Het was nog te ver weg. Hij had bij een bepaald stuk een ijzeren kettingladder genomen. Vanaf daar zou het ook nog een dik uur zijn volgens anderen. Echt balen! Niet gehaald. Daar kunnen wij slecht tegen als we ons doel niet bereiken. Maar je moet wel op tijd omkeren, want als je gevangen wordt door de duisternis, dan wordt het gevaarlijk. Maar het was evengoed een schitterende wandeling geweest.
Op de terugweg deden we er drie kwartier langer over, omdat we vermoeid waren van het rennen. Om kwart voor vijf begon het weer te regenen en ook vrij hard. We werden zeiknat. Om half zes waren we terug bij de auto. We waren de Japanners met de kinderen en de oude mevrouw ook nog weer gepasseerd. Dat wij terug bij de auto waren, moesten die nog zeker drie kwartier lopen. Die zouden dus overvallen gaan worden door de duisternis en niet om 6 uur uit het park zijn. In de auto alle natte kleren uitgetrokken. Ik kon zo niet bij een broek komen, dus maar in mijn onderbroek in de auto en mijn fleecetrui aan.
Op weg naar het hostel moesten we over een bergpas heen. Daar was een dikke mist. We zagen geen hand voor ogen. Dat was moeilijk rijden voor Marco. Uiteindelijk waren we om 7 uur in Harrismith gearriveerd. Daar was een ander stel niet aangekomen, dus wij mochten toen die kamer hebben. Het was een houten huisje in de tuin. Daar stond een kacheltje in en binnen half uur was het een sauna in het hokkie. Erg handig, konden we mooi onze natte kleren drogen. Dus alles gewassen. Mama wilde ook haar schoenen drogen. Daar moesten maar oude kranten in. Mama zou dat wel even gaan vragen aan de man van het hostel. Mama ging eerst even oefenen hoe je dat moet zeggen. Do you have nieuwspiepers? We hebben gebruld van het lachen.

Zondag 8 april
Na een hele nacht van regen was het, om kwart over zes dat we opstonden, toch weer droog. Brood eten, spullen inpakken en op naar Sentinel Peak. Een bergbeklimming waarbij het hoogste punt op ongeveer 3050 meter ligt. Vanaf dat punt schijn je een verpletternd uitzicht te hebben op hetzelde amfitheater van gisteren aleen dan van bovenaf.
Om half 10 na een steile klim met de auto, waren we aangekomen bij het startpunt van de wandeling. Het begon echter net te regenen en het was erg mistig. Zo zag ik de wandeling niet zitten. Eerst maar even in de auto koffie en thee drinken uit de thermoskannetjes. Dit hielp, toen het op was, was de regen gestopt en de lucht leek wat op te klaren. Toch maar besloten om te gaan wandelen. Een wandeling van een dikke twee uur. Heel af en toe trok de mist op en hadden we prachtige vergezichten, echter na een paar minuten liepen we dan weer met ons hoofden in de wolken. Het bleef echter wel droog. Als je bijna aan de top bent, komt er nog een groot obstakel een loodrechte helling. Er hangt een ijzeren kettingladder van 53 meter die je op kan gaan. Mama en Cor durfden er niet op. De rest wel. Na een half uur stonden we met z’n vieren boven. Je ziet dan al direct een hele stapel stenen als markering van hoogste punt. Iemand had er een zakje bananen achter gelaten. Er zaten er nog drie in. Ik zei voor de grap tegen papa: “Kijk pa, ze hebben de bananen al voor je klaar gelegd, die kan je nu lekker opeten.” Ik liep ondertussen weer door naar de rand van de bergtop. Kijk ik na 2 minuten om, loopt papa al kauwend op een banaan achter me aan. Had hij die bananen toch echt opgegeten!! We zijn ongeveer 20 minuten op de bergtop blijven staan in de mist. Hopend op het iets opentrekken van de lucht. Dit gebeurde echter heel eventjes 20 seconden, maar toen was er nog niet veel te zien. Op een gegeven moment waren we zo verkleumd dat we wel weer naar beneden moesten. Met koude handen je vast houden aan een bokkoude kettingladder is dan nog een hele toer. Toch allemaal weer heelhuids naar beneden gekomen. Dat we terug liepen betrok de lucht al meer en werd het al mistiger. Op een gegeven moment kon je elkaar op 10 meter afstand al niet meer zien. Ook het teruglopen was toch weer goed gegaan.
Op weg naar ons slaapverblijf zijn we nog door de Golden Gate National park gereden. Een park dat bekend staat om zijn prachtige rotsformaties ontstaan door erosie. Dit was echt fantastisch om te zien!
In Bethlehem gingen we overnachten. We wisten echter de weg niet. Dus maar even vragen bij een tankstation. De eigenaar belde gelijk het guesthouse op. Kwam die man ons wel even halen, moesten wij achter hem aanrijden. Het huis had prachtige luxe kamers.
Dat we net binnen waren begon het toch te regenen en onweren. Heel verschrikkelijk. Maar de mensen waren er erg blij mee, want het is momenteel veels te droog in Zuid-Afrika. Ze hebben de regen hard nodig, want alle gewassen staan op het land te verdrogen.
In het guesthouse konden we niet zelf koken. Dus maar de pizza en burgerking gebeld om wat te laten bezorgen. Allemaal lekker op tijd te bed.

Maandag 9 april
Tweede paasdag. Om zeven uur op. Met een heerlijk paasontbijt begon deze dag. Het ontbijt bestond uit alles wat er je maar kan bedenken. Toast, ei, yoghurt, vruchten, cake, poffertjes, gehakt, ham, worstjes, groentenprutje, fruitsappen, koffie en thee. Met recht een paasontbijt dus. Hierna de spullen ingeladen en op weg naar de grens tussen Zuid-Afrika en Lesotho. Lesotho is een land ongeveer zo groot als NL dat midden in Zuid-Afrika ligt. We gingen richting Ficksburg om daar de grens te passeren. In Ficksburg nog even tanken en de jerrycans voor de zekerheid maar even gevuld. Daarna richting de grensovergang. We waren van te voren al ingelicht dat dit wel eens een uur of meer kon gaan duren dus waren we op het ergste voorbereid. Het liep echter heel soepel. Bij een kant van Zuid-Afrika moest eerst het roadworthy certificaat op het raam geplakt worden (waren we nog vergeten) en we moesten met zijn allen de auto uit en naar een loket voor een stempel in het paspoort. Hierna konden we verder. Maaike nog even een paar foto’s maken van de mensen die in de rij stonden voor de grenspost. Bij de volgende slagboom (ongeveer 200 meter verder) moest de auto weer aan de kant en moesten we een papiertje invullen met de persoonsgegevens en wat we in Lesotho kwamen doen. Hierna ook weer een stempel in het paspoort en verder. Marco werd nog even aangesproken door de plaatselijke agenten om de camera waar de foto’s mee waren gemaakt even in te leveren. Gelukkig gingen ze ermee akkoord dat de foto’s van de grensovergang van de kaart werden verwijderd in hun bijzijn anders moesten we zonder EOS verder. Een goed half uur later stonden we met auto en al in Lesotho. Sneller als verwacht dus!!
De eerste indruk van Lesotho bleek de rest van de dag niet te wijzigen. Het is een erg arm land. Bij de grens was het een drukte van belang met kleine kraampjes (lees tafeltjes) met groenten en fruit en ander handelswaar. Iedereen keek ons na dus het was van beide kanten apies kijken. Nadat we wat fruit gekocht hadden gingen we weer onderweg. Op naar Sani. Na ongeveer een kilometer kwamen we een bord tegen stop politie, we kwamen ons eerste Road Block tegen. Hier hadden we vantevoren al veel over gehoord. Oh Oh we zullen toch niet de auto leeg moeten halen!! Nee, we mochten gelukkig doorrijden. Een kwartier later werden we wel staande gehouden. Weer omdat Maaike foto’s aan het maken was. Nadat we uitgelegd hadden dat het echt foto’s van koeien waren en dat we die maakten omdat wij van boerenkomaf zijn mochten we door. Even verder weer aangehouden. Als dat zo door gaat komen we nooit ergens. Hier bedacht de agent dat hij Marco’s rijbewijs wilde zien. Ook hierna konden we weer doorrijden. Na twee uur rijden kwamen we bij een grot. De grot bevatte wandschilderingen en een gids, die in goed maar soms onverstaanbaar engels ons probeerde uit te leggen wat alles voorstelde. Ook bespeelde een man een muziekinstrument. Tijdens de lunch die we na de rondleiding bij de auto nuttigde gaf een ieder toch aan dat ie het toch wel erg leuk vond. Ook de huisjes waren erg leuk. Ze bevatte attributen die vroeger, maar nu ook soms nog steeds gebruikt worden (werktuigen, muziekinstrumenten, kleding en beddengoed (een koeienhuid met daarop een schapenvacht welke diende als bed voor 6 kindjes!!).
Hierna gingen we verder richting Sani, de tocht bleek een barre bergrit te zijn. De in het begin goed geasfalteerde wegen werden op grote hoogte (3000 tot 3300 meter) diepe gaten met daartussen een beetje vlak asfalt. Een drama om te ontwijken. Dit lukte dus ook niet altijd. De ouders achterin hadden een zware tocht. Vooral mama en Cor vonden het doodeng. Mama had nog weer een leuke uitspraak: “Marco rij maar voorzichtig hoor, zometeen storten we nog in een refrein.”
Op een gegeven moment kwamen we een witte auto tegen die seinde met zijn lichten. Toen we stopten vroeg hij met een smekende blik in zijn ogen of wij remvloeistof voor hem hadden. Hij had namelijk een lekke leiding. Wij hadden 2 flesjes en na even overleggen toch maar besloten de beste man er één te geven. Als je op die weg stil komt te staan ben je er namelijk ziek van. Ook onze auto had het redelijk zwaar. Op een gegeven moment stonden we langs de kant, omdat de remmen begonnen te roken. Niet echt een goed teken. Maar na enige tips van de ervaren chauffeurs in ons midden, de rijstijl aangepast en rustig de weg vervolgd. Uiteindelijk kwamen we met het invallen van de duisternis bij een hotel aan. Er bleek gelukkig nog plaats in de herberg. Alleen konden we niet zelf koken en moesten we naar het restaurant. Het eten viel bij de ene goed in de smaak de ander voelde de hamburger als een blok in zijn maag tot het moment dat hij in slaap viel! Gelukkig heeft Cor er niet slecht van geslapen. De rest vond het maar zo zo. Hierna nog even een koppie thee en koffie op de kamer en op tijd naar bed.

Dinsdag 10 april

Om zeven uur ontbijt in het hotel dus om kwart voor zeven op. Cor, Pé en Tony gingen alvast vooruit naar de eetzaal. In no time waren ze weer terug. “Daar ga ik niet eten hoor. Ze hebben alleen maar melk met van die troep (cornflakes) erin”. De auto dus weer uitladen en de eigen broodjes soldaat gemaakt. Voor het eten had iedereen zijn lunchpakket al gemaakt dus na het eten inpakken en onderweg. In Mokhotlong eerst even tanken want ons bakkie heeft natuurlijk ook dorst na zo’n zware bergrit. Daarna in een lokale winkel nog even water inslaan en onderweg maar weer. Op naar de uitdaging van vandaag. De Sani Pass, een bergpassage in het zuidelijk deel van de Drakensbergen, waarbij de route alleen met 4x4’s bereden kan worden. Het beloofde toch een barre rit te worden. Na twee kilometer bereikte we al het einde van het asfalt. Vanaf hier de rest van de dag op gravel en rotsblokken rijden. Al snel begonnen we aan de beklimming van wat wij dachten de Sani Pass. Rustig reden we naar boven en nog rustiger naar beneden. Het landschap was adembenemend en de mensen langs de weg maakte het tot een indrukwekkend geheel. De bevolking van Lesotho is straatarm. Ze wonen in ronde hutjes van rotsblokken of leem met een rieten dak. De hutjes zijn rond zodat er geen boze geest in een hoek kan blijven hangen. Langs de weg zagen we regelmatig herders die een stuk of wat dieren (schapen, ezels, koeien) voor zich uitdreven. Ook zagen we veel autowrakken liggen die van de helling af gestort waren. Al die auto’s zijn kaal geplukt, maar met het ijzer doen ze kennelijk niets.
De meeste mannen lopen met een (bivak)muts op, een deken om en op laarzen. Op die hoogtes is het hartstikke koud. Langs de weg kwamen vele kindertjes aangerend die zwaaiden en daarna snel hun hand ophielden of op hun buikjes slaan en dan weer hun handen omhoog. Ten teken dat ze honger hebben. Volgens ons leven alle mensen in Lesotho onder de armoedegrens. Lesotho is een land dat geen natuurlijke bodemschatten heeft en het onherbergzame gebied maakt het ook niet gemakkelijk. 40-45% van de bevolking is werkeloos. Lesotho is alleen van waarde als drinkwaterreservoir voor Zuid-Afrika. In het midden van het land is daarom een grote waterdam aangelegd waardoor Zuid-Afrika voor een groot deel van water wordt voorzien. Zuid-Afrika heeft daarom een aantal goede wegen laten aanleggen in Lesotho. Voor de rest is er echter werkelijk niets in het land, geen luxe te bekennen. Ik vond dit best wel schokkend om te zien. Ik had nooit verwacht dat het zo arm zou zijn, zeker niet als het midden in het rijke Zuid-Afrika ligt. Dit is het armste land wat ik tot op heden heb gezien. Je snap niet dat zo’n land niet wat meer graantjes mee kan pikken van de rijkdom van Zuid-Afrika. Lesotho is echt een vergeten land, bijna niemand heeft er ooit van gehoord. Hier mag zeker nog heel wat ontwikkelingswerk naar toe.
Op een gegeven moment kwamen we op het hoogste punt van Zuidelijk Afrika (3400m). We dachten dat we de Sani pass nu gehad hadden. We gingen weer dalen, wat soms al moeizaam ging. Op een gegeven moment kregen we een bordje Sani pass te zien. En een paar kilometer verderop was de grenspost van Lesotho. Bleek toen dat de Sani-pass pas begon. Allemaal de auto uit om ons departure-stempeltje te halen. Een stukje rijden om over een heuveltje te komen en toen keken we toch zo een afgrond in en daar moesten we naar benenden!!! IEEEHHH! Slik, en nog een keer slik. Moeten we hier vanaf? Welke imbeciel heeft ooit bedacht om hier een weg te maken en wat voor imbecielen zijn wij om hier van af te gaan? Vier uur terug rijden over een moeizame dirt-road en vervolgens nog één of twee dagen rijden over een gravelweg om bij de volgende grenspost te komen doe je ook niet. Dus de auto in de 4WD-stand, wielen gelocked en maar beginnen met de afdaling. We reden in low gear en in zijn één en nog schudde de auto alle kanten op over de grote keien. De ouders vonden het maar niets (de rokende remmen van gisteren nog vers in het geheugen) en die riepen na 100 meter al, dat ze wel achter de auto aan gingen lopen. Iedereen er dus uit en er achteraan lopen. Marco alleen in de auto. Een tocht van 8 km met haarspeldbochten en hele steile hellingen. Een mega-spectaculaire afdaling, waarbij je je hart vast hield voor Marco en de auto. Maar werkelijk waar echt schitterend om allemaal te zien en te doen. We hadden een strak blauwe hemel, dus prachtige vergezichten. Om te lopen was de helling ook nog behoorlijk steil en iedereen slipte regelmatig even weg over de kiezelsteentjes. Papa kwam hierdoor uiteindelijk ten val. Hij had zijn fototoestel in zijn hand en die wilde hij heel houden, dus maakte hij een capriool en viel op zijn knie en andere hand. Broek stuk, schaafwond op zijn knie en een snee in zijn pink. Ik mocht mij dus even uitleven met de medicijnen- en verbandmiddelen koffer.
Uiteindelijk na een uur en drie wartier hadden we de afdaling van 8 km voltooid en kwamen we aan bij de grenspost van Zuid-Afrika. Daar allemaal ons paspoort weer laten zien, voor ons arrival-stempeltje. Het verliep allemaal weer soepeltjes. Weer verder rijden, dat was echter ook nog een gehobbel- en bobbelweg gedurende 23 km.
Uiteindelijk weer asfalt en al snel kwamen we toen in de meer bewoonde wereld terecht. We zitten weer in een rijk gebied van Zuid-Afrika. Weer boodschappen ingeslagen en we vonden dat we na zo’n spannende dag maar op tijd een accommodatie moesten zoeken. De eerste waar we aan gingen, was gelijk een schot in de roos. Een country house helemaal van hout. Heel mooi, met schitterend uitzicht, gerund door een boerengezin. Pa helemaal in zijn element, mooi koeien, trekkers en landbouwapparatuur kijken. Het was een boerenbedrijf dat 500 kalfjes van een half jaar van andere boeren laat opgroeien totdat het vaarzen zijn (koe van 2 jaar die voor het eerst heeft gekalfd). De koeien gaan dan terug naar de boeren, zodat ze als melkkoe gebruikt kunnen worden. Ook hebben ze nog wat slachtvee. Nou, dat was te merken. Corrie wilde s’avonds in het donker wat buiten weggooien, ziet ze wat voor de deur liggen met de hond er naast. Even beter kijken, bleek het een koeienkop te zijn van een zojuist geslachte koe. Je zag de hersens zo zitten….
De hond was er mee aan de sleep geweest.
Op de boerderij werkten ongeveer 10 zwarte arbeiders. Tegen de avond hadden we nog over de landerijen gewandeld naar een waterdam. We kwamen toen langs de huisjes waar de zwarte arbeiders woonden. Echt verschrikkelijk armzalig. Het was nog minder dan een varkensboet. Ze waren buiten aan het eten koken in een oude olievat. Op het dak stond geen schoorsteen. Als het regent koken ze binnen. Bij de raamkozijnen en het deurkozijn zag het helemaal zwart van de roet. Ook geen electriciteit en stromend water. We snapten niet dat die boer de mensen zo kon laten wonen. Het is gewoon schandalig. De kalveren op stal hadden het nog beter. Maar ja de zwarte mensen zijn er waarschijnlijk nog blij mee ook, want ze hebben wel te eten en onderdak. En voor hen weer 10 anderen, want de werkeloosheid is hoog.
Ja, er is nog een hoop ongelijkheid. Ik vind het overigens ongelooflijk dat het nog maar 13 jaar (1994) geleden is dat het apartheidsregime is afgeschaft. De blanken hebben de zwarte bevolking een hoop aangedaan. Ik vind het niet zo gek dat er een hoge criminaliteit is. Wat zou jij doen als je geen brood hebt om te eten?

Woensdag 11 april
Vandaag is Marlinda jarig. Gisteren heeft papa al een borrel gedronken op Marlinda’s verjaardag. Er stond een mooi kristallen fles met port in de houten mountain lodge. Die hebben Cor en papa mooi soldaat gemaakt met z’n tweeen. Corrie kreeg maar 2 kleine borrelglaasjes.
Ik ben nu met de laPtop op schoot aan het typen in de auto. Dat gaat eigenlijk uit de kunst. Voortaan altijd zo doen. Dat scheelt weer een hoop tijd. Vandaag zijn we op weg naar Addo Elephants park. Een wildpark met heel veel olifanten, maar er zijn ook leeuwen en luipaarden. Het is een rit van 700 km. Eigenlijk te lang. We hadden beter gister toch wat langer kunnen doorrijden. Onze auto gaat zo’n beetje 80 km per uur. Daarboven begint hij het zwaar te krijgen en hoor je de motor erg gieren. Maar we zijn natuurlijk ook wel erg zwaar beladen met z’n zessen
Maar 80 km is een prachtige snelheid om het land te bekijken. We worden alleen regelmatig ook door vrachtwagens ingehaald. Het is vaak een om en om spelletje. Bergje op halen wij de vrachtauto’s in. Berg af worden we weer door de vrachtauto voorbij gedenderd. Wij gaan namelijk toch wel voorzichtig van de helling af.
Zojuist moesten we vet in de ankers omdat er een paar schapen over de weg liepen. Veel vee loopt gewoon los.
We zijn langs veel zwarte dorpen en steden gekomen. Veel armzalige huisjes gezien. Al hoewel het geen krotten meer zijn. Je ziet wel dat het beter wordt voor de zwarte bevolking. De meeste huisjes zijn van steen en geverfd in leuke vrolijke kleuren: lichtblauw, zeegroen, geel en zalmrose. Ook hebben alle huisjes een tuin, waar ze vaak mais verbouwen. Ze zijn niet allemaal meer bovenop elkaar gebouwd. Ook hebben ze de beschikking over watertappunten en elektriciteit. De meeste huizen hebben buiten een w.c.-hokje.
We kwamen ook door de stad Umtata heen. Overwegend zwart. Wat een drukte van belang. Alles liep door elkaar heen en overal marktkraampjes. Het was er een grote bende. In de dorpen en wijken zie je ook allemaal afgedankte en roestige auto’s staan.
Nu rijden we door een blank dorp heen. Alles keurig netjes en strak. Mooie huizen.
Langs de weg zijn veel snelheidscontroles. Vandaag hebben we er al vier gezien. Ze staan vaak op de stukken waar je maar 80 mag. Dat komt dus perfect uit, want wij gaan bijna niet harder als 80.
Nog een paar keer koeien mogen ontwijken op de weg. Levensgevaarlijk. Gelukkig hebben we een dikke bull-bar op de auto. Maar als je tegen een koe aan rijdt zal je auto evengoed wel aardig in de puinpoeier zijn. En misschien jezelf ook wel als je toevallig een “refrein” in stort.
’s Avonds overnacht in Grahamstown. Een van oorsprong engelse stad in de buurt van Port Elisabeth. In de Lonely Planet stond dat je in een gevangenis kon overnachten. Wij daar heen om te kijken of het wat was. Het leek ons wel een aparte ervaring om te overnachten in een gevangeniscel dus zo gezegd zo gedaan. Cor vond het achteraf maar niets. Een kleine smerige keuken, kleine hokjes, wc en douche zagen er ook niet uit. Het was allemaal niet af. ’s Nachts kregen papa en mama nog bezoek van een onbekende man die er niet uit kon. Mama begreep deze man niet en riep Marco maar. Marco met een slaperige kop de man eruit gelaten. Achteraf zaten we nog te denken hoe hij eigenlijk binnen wat gekomen. Hiervoor was namelijk een code nodig. Maar ja dat konden we hem niet meer vragen want hij was weg. Hierna nog proberen te slapen maar dat ging niet helemaal lekker. Het bed stond een beetje scheef, dus ik rolde steeds naar Marco toe. Ook was het bed te kort voor Marco. De volgende ochtend waren we dus wel wakker maar niet uitgerust.

  • 14 April 2007 - 19:42

    Marco En Maaike:

    Succes met dit lange verhaal!!!

    Groeten van ons

  • 15 April 2007 - 08:42

    Ellen Van Den Beld-m:

    leuk om jullie belevenissen mee te maken via mail.Mooie fotos ook!
    Ik moet er wel even de tijd voor nemen om het volledig te lezen!
    Heel veel plezier nog de komende tijd en ik kijk uit naar de volgende berichten.
    (Ik lees nog niets over een aanzoek?)

    liefs,
    Ellen

  • 15 April 2007 - 18:43

    Vin En Kat, Kees,:

    Super verhaal, leuk om te lezen, geniet er maar lekker van. mis jullie xxx

  • 15 April 2007 - 19:52

    Cootje:

    heb een beetje vierkante ogen gekregen...

  • 15 April 2007 - 20:39

    Linsie:

    Wat een leuk verhaal! Door Lesotho heenreizen lijkt me erg indrukwekkend. Nog even veel plezier met de pappies en mampies. Het weer hier is superzomers (gisteravond tot 2 uur buiten gestaan met mijn verjaardag).

    Groetjes en liefs Lins

  • 16 April 2007 - 05:33

    Marret:

    Hoi Maaik em Marco,
    jullie beleven een hoop! Geniet er maar van! Hier erg mooi weer, echt zomers, al wordt het komende week langzaamaan weer minder, het is ook nog maar april.
    Veel plezier en pas goed op julliezelf.
    xx Marret

  • 16 April 2007 - 12:37

    Stefhan:

    hey marco en maaike, zo te horen beleven jullie iedere dag heel wat mee. echt super!!!!... geniet er van...
    gr stefhan...

  • 16 April 2007 - 13:11

    Silvia Pronk:

    Geweldig verhaal weer! Geniet ervan en doe voor zichtig he. Groetjes uit het zonnige warmetuut.

  • 16 April 2007 - 19:18

    Pep:

    Wat leuk weer al die verhalen, denken jullie een beetje om de ouderen onder jullie. Al die valpartijen, en aldoor roetertoeter. Zo komen ze nog gehavend terug.Geniet er nog maar lekker van.Ik zal ook mij best doen voor jullie met mij vierkantige oogige broetje. Groetjes van ons alle.

  • 18 April 2007 - 09:25

    Zorgkantoor HNH:

    Volgens ons viert Maaike vandaag haar dertigste verjaardag. Van harte proficiat.

    Eric en Peter

  • 18 April 2007 - 10:05

    Marret:

    Hoi Maaik, van harte gefeliciteerd met je verjaardag vandaag! Maak er weer een mooie dag van met mekaar! En Marco, gefeliciteerd met je meissie.
    Verjaardagszoen van Marret

  • 18 April 2007 - 20:01

    Tante Nel:

    Hallo Maaike en marco

    wat geweldig al julie spannende verhalen.
    Maaike gefeliciteerd met je verjaardag en Marco natuurlijk ook.Ik had tante Gerda net aan de telefoon en ik moet jullie ook van haar feliciteren. De groetjes van ons allemaal uit de wogmeer.

  • 18 April 2007 - 20:23

    Sylvia Koning:

    wat weer een heerlijk reisverhaal, jullie genieten volop nou veel plezier nog en wij genieten mee van jullie verhalen. groetjes sylvia koning

  • 19 April 2007 - 10:53

    Tiny Turenhout:

    Bedankt voor jullie prachtige verhalen ik kijk door jullie ogen mee.
    Gefeliciteerd voor de jarige en groetjes voor allemaal.
    Zeg even tegen Corrie dat alles goed is ben weer thuis.Bedankt
    Tiny Turenhout

  • 21 April 2007 - 09:28

    Tante Ans:

    Hoi Maaike en Marco,
    Ik geniet ontzettend van jullie reisverhalen en avonturen. Gefeliciteerd met je verjaardag. Jullie hebben afscheid genomen van jullie ouders. Maak er met elkaar een moeie reis van. Veel liefs en groeten tante Ans en ome Wim.

  • 22 April 2007 - 11:51

    Marian Van Stralen:

    Wat weer en schitterend verhaal, ga zo door. En ik hoor dat de ouders al weer naar huis gaan. Dus binnenkort zal ik ze met een bezoekje vereren.

    Groetjes uit BOZ

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Marco

Rondreis door het zuiden van Afrika. We starten in Johannesburg met het kopen van een 4x4. Vervolgens drie weken met onze ouders van Johannesburg tot Kaapstad. Hierna gaan we richting het noorden. In Tanzania gaan we proberen ons 4 tot 6 weken vrijwilligerswerk te regelen. Hierna gaan we weer terug naar beneden en op 12 september vliegen we vanaf Kaapstad terug naar Amsterdam. Dit is in vogelvlucht een schema van onze reis. Mocht je meer informatie willen plaats je reactie en we reageren vanzelf weer terug!!

Actief sinds 20 Dec. 2006
Verslag gelezen: 292
Totaal aantal bezoekers 49540

Voorgaande reizen:

13 Maart 2007 - 12 September 2007

Mijn eerste reis

Landen bezocht: